Objecten

<< Klik om de inhoudsopgave weer te geven >>

Navigatie:  Macro's > Macro: structuur en syntax >

Objecten

Alle componenten in het netwerk worden ten behoeve van de macrotaal algemeen aangeduid met de verzamelnaam Object. Zo zijn bijvoorbeeld knooppunten, kabels en belastingen Objecten. In de macrotaal van Gaia zijn de volgende Objecten gedefinieerd:

 

Macrotaal-Object

Gaia-Object

Node

Knooppunt

Link

Link

Cable

Kabel

Transformer

Transformator

SpecialTransformer

Speciale transformator

Source

Netvoeding

SynGen

Synchrone generator

AsynGen

Asynchrone generator

AsynMot

Asynchrone motor

Load

Belasting

Home

Aansluiting

Accu

Accu

PV

PV

Fuse

Smeltveiligheid

Breaker

Vermogenschakelaar

Selection

Selectie

Sheet

Blad

Profile

Profile

 

Een specifiek Object wordt aangeduid met zijn naam. Dat kan een tekst zijn of een tekstvariabele. De naam van het object is hoofdlettergevoelig. De algemene notatie luidt:

Object( ObjectNaam ).

 

Zo kan bijvoorbeeld een enkel specifiek knooppunt worden aangeduid met:

Node( 'MijnKnooppunt' )

 

Ook een tak (link, kabel, smoorspoel, transformator, speciale transformator) wordt aangeduid met zijn naam. Omdat sommige gebruikers de naam gebruiken voor de circuit-aanduiding (wit/zwart), is het mogelijk om ook de van- en naar-knooppunten in de aanduiding toe te voegen. Hierbij wordt de naam van de tak gevolgd door een dubbele punt met daarachter de naam van het van-knooppunt, gevolgd door een liggend streepje en de naam van het naar-knooppunt. Er mogen geen spaties worden toegevoegd rondom de dubbele punt en het liggende streepje.

 

Als de naam van de tak niet bestaat of als de namen van de van- en naar-knooppunten niet bestaan of omgewisseld zijn, wordt het Object niet gevonden.

 

In het geval dat de gebruiker van tevoren niet weet in welke volgorde de van- en naar-knooppuntnamen gedefinieerd zijn, is er ook de mogelijkheid in plaats van het liggende streepje een gelijkheidsteken (=) te gebruiken. In dat geval maakt de volgorde niet uit. Ook rondom het gelijkheidsteken mogen geen spaties worden toegevoegd.

 

De algemene notatie voor takken is:

Object( ObjectNaam )

of

Object( ObjectNaam:VanKnooppuntNaam-NaarKnooppuntNaam )

of

Object( ObjectNaam:VanKnooppuntNaam=NaarKnooppuntNaam )

 

Voorbeelden:

Link'MijnLink'  )

Cable'MijnKabel:MijnVanKnooppunt-MijnNaarKnooppunt' )

 

Ook een element (netvoeding, synchrone generator, asynchrone generator, asynchrone motor, belasting, aansluiting) wordt aangeduid met zijn naam. Voor de gevallen dat de elementnamen niet eenduidig zijn, is het mogelijk om ook de naam van het knooppunt waarop het is aangesloten in de aanduiding toe te voegen. Hierbij wordt de naam van het element gevolgd door een dubbele punt met daarachter de naam van het bijbehorende knooppunt. Rondom de dubbele punt mogen geen spaties worden toegevoegd.

 

De algemene notatie voor elementen is:

Object( ObjectNaam )

of

Object( ObjectNaam:BijbehorendKnooppuntNaam )

 

Voorbeelden:

Load( 'MijnBelasting' )

AsynMot( 'MijnMotor:MijnBijbehorendKnooppunt' )