Productie-eenheid

<< Klik om de inhoudsopgave weer te geven >>

Navigatie:  Berekeningen >

Productie-eenheid

In het Netbeheer Nederlanddocument “Elektriciteitsproductie-eenheid Document (“PGMD”)” voor elektriciteitsproductie-eenheden van het type B en C wordt een berekening voorgeschreven om aan te tonen dat een wind-, zonne- of generatorpark aan de netcode-eisen voor blindvermogen voldoet.

De berekening Productie-eenheid berekent het werkzame en blindvermogen op het overdrachtspunt en laat de resultaten in een tabel en grafiek zien. Deze resultaten kunnen als bijlage bij het document gevoegd worden.

 

 

Voorbereiding

 

Een netwerk bestaande uit zonnepanelen en/of windturbines en/of synchrone generatoren en/of accu's met bijbehorende infrastructuur (kabels, transformator) moet worden ingevoerd.

Bij het overdrachtspunt moet het 'grid' als een netvoeding worden gemodelleerd.

 

 

Berekening

 

Start de berekening met Berekenen | Speciaal | Productie-eenheid.

Kies voor wel of geen extra blindvermogenslevering door de inverters.

 

De berekening voert 14 loadflows met verschillende instellingen uit:

 

Loadflow

Netvoeding.Uref (pu)

Productie-eenheid.p (pu)

Productie-eenheid.q (pu)

0

1

1

0

1

1

0,95

-0,33

2

1

0,95

0,33 of 0,5

3

1

0,2

-0,33

4

1

0,2

0,33 of 0,5

5

1

0

0

6

1,1

1

-0,33

7

1,1

1

0

8

1,05

1

0,33 of 0,5

9

0,95

0,95

0,33 of 0,5

10

0,95

0,95

-0,33

11

0,9

0,9

0,33 of 0,5

12

0,9

0,9

0

13

0,85

0,85

0

 

De eventuele regelingen (behalve P(I)-regeling) van PV's, windturbines en accu's zijn uitgeschakeld. Het gevraagde vermogen wordt sowieso geleverd en het blindvermogen eventueel geleverd of opgenomen.

 

De instelling van iedere PV is:

P := p (pu) * Inverter.Snom, maar niet groter dan het vermogen van de panelen

Q := q (pu) * Inverter.Snom

Tijdens de loadflow bij lage spanning of met extra blindvermogen worden P en Q nog gereduceerd, zodat de stroom niet groter wordt dan Inom, berekend als inverter.Snom/knooppunt.Unom. Bij extra blindvermogen maximaal 1,1*Inom.

 

De instelling van iedere windturbine is:

P := p (pu) * Type.Pnom

Q := q (pu) * Type.Pnom

 

De instelling van iedere synchrone generator met cos(phi)-regeling of blindvermogensregeling is:

P := p (pu) * Type.Snom

Q := q (pu) * Type.Snom, maar wel tussen Type.Qmin en Type.Qmax

 

De instelling van iedere accu is:

P := p (pu) * Inverter.Snom, maar niet groter dan capaciteit*C-rate

Q := q (pu) * Inverter.Snom

P en Q zijn hier volgens de generatorconventie, maar de resultaten zijn volgens de belastingconventie.

Tijdens de loadflow bij lage spanning of met extra blindvermogen worden P en Q nog gereduceerd, zodat de stroom niet groter wordt dan Inom, berekend als inverter.Snom/knooppunt.Unom. Bij extra blindvermogen maximaal 1,1*Inom.

 

 

Resultaten

 

Van elke loadflow zijn de standaard loadflowresultaten beschikaar:

Knooppunten: U

Takken: P, Q, S, I, belastinggraad, Pverlies

Elementen: P, Q, S, I, cos phi, belastinggraad (S/Snom), I/Inom, U

 

Deze resultaten worden geaggregeerd tot:

Knooppunten: de minimale en maximale spanning

Takken: de minimale en maximale belastinggraad

Elementen: het minimale en maximale werkzame vermogen en blindvermogen

 

De mogelijkheden om de resultaten te bekijken zijn:

in het schema

in Berekenen | Resultaten | Overzicht

in Berekenen | Resultaten | Details

 

Schema

Bij knooppunten de minimale en maximale spanning.

Bij takken de minimale en maximale belastinggraad.

Bij elementen het minimale en maximale werkzame vermogen en blindvermogen.

De objecten zijn gekleurd bij spanningsoverschrijding of overbelasting.

 

Berekenen | Resultaten | Overzicht

Dit scherm geeft nog niet veel informatie.

 

Berekenen | Resultaten | Details

Van geselecteerde objecten worden de resultaten getoond.

Met de knop Details worden de resultaten van alle loadflows getoond in een tabel.

Met de knop Grafiek bij elementen worden achtereenvolgens twee grafieken getoond.