<< Klik om de inhoudsopgave weer te geven >> Navigatie: Componenten en parameters > Elementen > Asynchrone generator |
PARAMETERS
Algemeen
Parameter |
Default |
Eenheid |
Omschrijving |
Naam |
|
|
Naam |
Pref |
0 |
MW |
Elektrisch vermogen |
Profiel |
Default |
|
Naam van het opwekkingsprofiel |
Generator
Parameter |
Default |
Eenheid |
Omschrijving |
Type |
|
|
Generatortype |
Unom |
1) |
kV |
Nominale spanning |
Pnom |
0 |
MW |
Nominaal elektrisch vermogen |
cos phi nom |
0,85 |
|
Cos phi bij nominaal vermogen |
R/X |
0,1 |
|
R/X-verhouding |
Ia/Inom |
5 |
|
Quotiënt van aanloopstroom en nominale stroom |
Polen |
2 |
|
Aantal polen |
1) Unom van het knooppunt. Bij toepassing van een step up transformator moet Unom van de generator gelijk zijn aan Unom van het knooppunt.
Type
In de typelijst bevinden zich alle asynchrone generatoren uit het typenbestand met een Unom van 80 tot 120 % van de Unom van het knooppunt.
Zie ook: Type
Cos phi nom
Na een wijziging van de nominale cos phi moet de curve worden aangepast. Als dat niet gebeurt, kunnen de modelparameters van de machine niet met voldoende nauwkeurigheid worden vastgesteld. Ook kan het voorkomen dat het hiervoor benodigde curve-fitting-proces dan geen juiste modelparameters kan vinden (P-cos-curve fit niet).
Curve
De curve beschrijft het gedrag van de machine (cos phi) voor andere dan nominale belastingen. Elke wijziging wordt direct grafisch in de curves weergegeven.
Parameter |
Default |
Eenheid |
Omschrijving |
Standaardcurve |
|
|
Button om een standaardcurve te gebruiken die past bij opgegeven nominale arbeidsfactor |
P |
reeks |
pu |
De nominale waarde en 4 opgegeven punten voor de te gebruiken curves |
Cos phi = f(P) |
reeks |
|
Cos phi als functie van het geleverde mechanisch vermogen |
De parameters van de asynchrone generator worden vastgesteld aan de hand van de cos(phi)-curve. Met behulp van curve-fitting wordt het Heyland-diagram van de machine geconstrueerd, waaruit de interne impedanties volgen. Voor meer informatie hierover, zie: asynchronemachine.pdf.
Om het toevoegen van een asynchrone generator te vereenvoudigen, zijn voor de meeste parameters defaultwaarden aangegeven. In de meeste gevallen zullen deze waarden voldoen. Als van een asynchrone generator de functie cos(phi) = f(Pref /Pnom) bekend is, kan deze eventueel worden opgegeven. Van deze functie moeten minimaal drie punten worden aangegeven. Na het verlaten van het form met OK wordt een curve-fitting uitgevoerd en bij het falen daarvan een melding gegeven.
Aansluiting
Parameter |
Default |
Eenheid |
Omschrijving |
Sterpuntsaarding |
geen |
|
Indicatie of het sterpunt geaard is |
Ra |
0 |
Ohm |
Aardingsweerstand bij geaard sterpunt |
Xa |
0 |
Ohm |
Aardingsreactantie bij geaard sterpunt |
Dynamica
Parameter |
Default |
Eenheid |
Omschrijving |
Aanloopkoppel |
0 |
% |
|
Kipkoppel |
0 |
% |
|
Nominaal toerental |
0 |
omw/min |
|
Nominaal rendement |
0 |
% |
|
Massatraagheid |
0 |
kg*m² |
|
k2 |
0 |
% |
|
k1 |
0 |
% |
|
k0 |
0 |
% |
|
Model |
|
|
|
Eigen parameters |
|
|
|
Rs |
0 |
pu |
|
Rr |
0 |
pu |
|
Rr2 |
0 |
pu |
|
Xsl |
0 |
pu |
|
Xrl |
0 |
pu |
|
Xr2l |
0 |
pu |
|
Xm |
0 |
pu |
|
Betrouwbaarheid
Parameter |
Default |
Eenheid |
Omschrijving |
Faalfrequentie |
0 |
per jaar |
Gemiddeld aantal malen per jaar dat de generator faalt |
Reparatieduur |
0 |
minuten |
Gemiddelde duur reparatie of vervanging |
Onderhoudsfrequentie |
0 |
per jaar |
Gemiddeld aantal malen per jaar dat de generator in onderhoud is |
Onderhoudsduur |
0 |
minuten |
Gemiddelde duur van het onderhoud |
Onderhoudsafbreekduur |
0 |
minuten |
Gemiddelde duur afbreken onderhoud in geval van een calamiteit |
Niet-preferent |
onwaar |
|
Wordt uitgeschakeld tijdens omschakelen in de storingsanalyse |
MODELLERING
Loadflow
Voor loadflowberekeningen wordt uitgegaan van de Heyland-cirkel. Deze wordt bepaald uit de curve Cos(phi) = f(Pel) door de curve-fitting. Het reële vermogen wordt constant gehouden. Het blindvermogen is afhankelijk van de Heyland-cirkel en van de knooppuntspanning.
IEC 60909
Bij IEC 60909-berekeningen wordt een asynchrone generator voorgesteld als een passieve impedantie in de vorm van R + jX naar aarde.
Deze impedantie wordt bepaald aan de hand van de nominale spanning, de aanloopstroom, het nominale vermogen en het poolpaartal. Vervolgens wordt de generatorimpedantie bepaald volgens:
Zgenerator = (Unom,generator)2 / (Ia/Inom * Pe,nom / cos(phi)nom)
De R/X-verhouding is afhankelijk van het vermogen per poolpaartal:
Pnom /poolpaartal = Pnom * (toerental/nmax)
waarin:
nmax : 3000 omw./min. bij 50 Hz
Waarna aan de hand van de nominale generatorspanning en het vermogen per poolpaartal R en X wordt bepaald:
Unom,generator <= 1 kV:
Xgenerator = 0.992 * Zgenerator
Rgenerator = 0.42 * Zgenerator
Unom,generator > 1 kV:
Pnom / poolpaartal < 1 MW:
Xgenerator = 0.989 * Zgenerator
Rgenerator = 0.15 * Xgenerator
Pnom / poolpaartal >= 1 MW:
Xgenerator = 0.995 * Zgenerator
Rgenerator = 0.10 * Xgenerator
Voor roterende machines is, in tegenstelling tot statische netcomponenten, in het algemeen de normale impedantie ongelijk aan de inverse impedantie (Z2 ongelijk aan Z1). Voor de asynchrone generator geldt echter dat Z2 ongeveer gelijk is aan Z1. In overeenstemming met IEC (60)909 handhaaft Vision: Z2 = Z1.
De homopolaire impedantie Z0 is oneindig groot verondersteld (zwevend sterpunt).
Storing sequentieel
Bij de sequentiële storingsanalyse wordt de asynchrone generator voorgesteld als een Norton-equivalent. De bronimpedantie van dit equivalent wordt op dezelfde wijze bepaald als bij een IEC 60909-berekening.