Asynchrone motor

<< Klik om de inhoudsopgave weer te geven >>

Navigatie:  Componenten en parameters > Elementen >

Asynchrone motor

Het model van de asynchrone motor representeert naar keuze een driefasenmotor of een eenfasemotor. De keuze wordt bepaald door het attribuut "eenfasig" van het motortype. Als gevolg is de nominale spanning van de driefasenmotor gelijk aan de gekoppelde spanning en is de nominale spanning van de eenfasemotor gelijk aan de fasespanning. De driefasenmotor heeft geen aangesloten sterpunt. De eenfasemotor wordt aangesloten op een fase (naar keuze) en de nul.

 

driefasenmotor

Unom = gekoppelde spanning

driefasenmotor

eenfasemotor

Unom = fasespanning

eenfasemotor

 

Voor modellering, zie: Negengeleidermodel: Asynchrone machine.

 

 

PARAMETERS

 

Algemeen

 

Parameter

Default

Eenheid

omschrijving

Naam

 

 

Naam van de motor

Type

 

 

Type van de motor

 

Type

Het type wordt geselecteerd uit het typenbestand. Hierbij worden alle parameters gekopieerd.

 

 

Instelling

De typegegevens van de motor kunnen met Gaia niet gewijzigd worden. Ze kunnen alleen gewijzigd worden in het typenbestand. Deze gegevens worden gepresenteerd in dit formulier. De actuele belasting en de verhouding van de aanloopstroom en de nominale stroom (eventueel als gevolg van een softstarter) zijn wel in te stellen.

 

Parameter

Default

Eenheid

omschrijving

Pas,nom

 

kW

Nominaal asvermogen van de motor

Unom

 

V

Nominale spanning

Pas

Pas,nom

kW

Instelling mechanisch asvermogen

Profiel

Default

 

Naam van het belastingsprofiel

Ia/Inom

5

 

Quotiënt aanloopstroom en nominale stroom

 

Ia/Inom

De aanloopstroomfactor is default gelijk aan de waarde van het motortype. Op deze plaats kan hiervan afgeweken worden, bijvoorbeeld in verband met de aanwezigheid van een softstarter.

 

 

Schakeling

Hier kan worden aangegeven worden hoe de motor met het net verbonden is.

 

 

Power quality

 

Harmonischen

Het type dat het harmonische gedrag van de asynchrone motor beschrijft.

 

Flikker

De inschakelfrequentie wordt gebruikt voor het berekenen van de Pst en Plt in de flikkerberekening.

 

 

BEREKENING

 

Het is met Gaia mogelijk om extreme situaties (maximale netbelasting versus minimale netbelasting) te berekenen. Er worden dan twee berekeningen uitgevoerd. In onderstaande tabel is aangegeven welk vermogen de asynchrone motor in beide gevallen vraagt.

 

object

classificatie

groei

avondsituatie

middagsituatie

motor

belasting

nee

Pas

min. bel. x Pas

 

In de Opties, bij Berekening | Loadflow/Netbelasting, kan bij 'minimale belasting' het percentage worden opgegeven.

 

Motorstart

Bij de motorstart worden drie berekeningen uitgevoerd: vóór de start, tijdens het aanlopen en in de stationaire situatie.

 

Asynchrone motoren in loadflow- en netbelastingsberekening uitgeschakeld bij Pas is nul

Asynchrone motoren nemen in principe altijd blindvermogen op. Ook als geen reëel vermogen wordt gevraagd (Pas=0). Asynchrone motoren met Pas=0 worden als uitgeschakeld beschouwd tijdens de loadflow- of netbelastingsberekening. Ook als in de opties het percentage voor minimale belasting en/of opwekking op nul staat, doen de asynchrone motoren in dat geval dus niet mee bij de loadflow of netbelastingsberekening.

Dit geldt overigens niet voor de andere berekeningen.